Naturalisonderzoeker Marco Roos legt uit hoe planten hun ‘jongen verzorgen’: “Planten hebben veel verschillende manieren om voor hun nageslacht te zorgen. Bijvoorbeeld de mangrove. Deze plant leeft onder moeilijke omstandigheden in tropische gebieden. De plant laat haar nageslacht aan zich groeien, zodat zij de beste kans heeft om te overleven. Ook dichter bij huis vinden we zorg van planten. Denk maar aan de blauwe bes. De ouderplant maakt blauwe bessen die vogels heel lekker vinden. Vogels eten de bessen. Ze poepen de zaden uit in voedzame mest. De juiste omstandigheden om uit te groeien tot volwassen planten. Nog een andere manier van zorg zijn mierenbroodjes.”
Is er zorg na de geboorte bij planten?
Overleving van het nageslacht is erg belangrijk. Dit zorgt namelijk voor de overleving van een soort en hier draait het om in de natuur. Dieren kunnen actief hun nageslacht verzorgen. Planten kunnen zich niet bewegen, maar zorgen wel degelijk voor hun nageslacht. Allereerst maken planten vaak veel zaden, zodat er altijd wel een paar zaden overleven. Maar hoe zorgen planten ervoor dat deze zaden ook daadwerkelijk uitgroeien tot volwassen plant?
Zin in een mierenbroodje?
Mierenbroodjes, ook wel elaiosomen genoemd, zijn aanhangsels aan zaden of vruchten van planten. Verschillende planten, zoals sneeuwklokjes, bosanemoon of wonderboom, hebben mierenbroodjes. Mieren vinden deze aanhangsels lekker, omdat ze voedingsstoffen bevatten. Mierenbroodjes zijn niet alleen goed voor mieren, maar ook voor planten. Planten zorgen namelijk voor de verspreiding van hun nageslacht door middel van de mierenbroodjes. Planten verspreiden de zaden niet zelf, dit doen mieren. Mieren zijn dus net de oppas van de plantenzaden.
Goede samenwerking
Het zijn dus de mieren die de zaden met mierenbroodjes verspreiden. Soms valt zo’n zaadje al van het mierenbroodje af tijdens het lopen. Als het zaadje aan het mierenbroodje blijft zitten bijten de mieren in hun nest het mierenbroodje eraf en brengen het zaadje weer naar buiten. Omdat de mieren de zaden met mierenbroodjes meenemen, ontkiemen de zaden op een andere plek dan de moederplant. Verspreiding is gunstig, omdat de nieuwe plant en moederplant elkaar niet verdringen om voedsel en zonlicht. Ook komen de zaden vaak terecht op voedingsrijke plekken, dat bevordert de groei. Mierenbroodjes zijn dus niet alleen voedsel voor mieren, maar zorgen ook voor zaadverspreiding die de levenskans van de plant vergroot. Dat is nog eens een goede samenwerking!
Kleine broodjes, grote broodjes…
Verschillende planten maken dus mierenbroodjes. Mierenbroodjes komen dan ook in uiteenlopende vormen, maten, kleuren en grootten voor. Alle mierenbroodjes hebben hetzelfde doel: zoveel mogelijk mieren aantrekken. Welk mierenbroodje vind jij het mooiste?