De meeste planten gaan dood als je er teveel over loopt en/of erop gaat staan, maar weegbree kan er goed tegen. Het is een ‘tredplant’ net als gras. De bladeren van de weegbree zijn heel stevig. De nerven, de dikkere lijnen over het blad, zorgen ervoor dat het blad moeilijk stuk gaat. In die nerven zitten stevige draden, de vaatbundels, die als het blad scheurt er als draden uitkomen. Ook de punt waaruit de plant groeit, de groeipunt, zit erg laag en bijna onder de grond. Op die manier kan zij bij beschadiging toch weer opnieuw uitlopen.
Plant als lifter langs het voetpad
De grote weegbree komt overal voor waar mensen lopen, langs paden en zelfs tussen straatstenen. Ooit is hij door de Romeinen als zaad aan hun schoeisel meegenomen vanuit Zuid-Europa. Zo is de plant aan de schoenen van kolonisten ook in andere werelddelen terecht gekomen, bijvoorbeeld in Noord-Amerika. De indianen daar noemen de plant: “white man’s footsteps”.
Andere soorten weegbree
In Nederland en België leven nog zes andere weegbreesoorten: de getande, ruige, smalle, zand-, zee- en hertshoornweegbree. De smalle weegbree is een heel gewone plant, die we vaak tegenkomen in het gras van wegbermen. Het blad is langwerpig ovaal en net als bij de grote weegbree lopen de nerven krom en komen in de bladpunt weer bij elkaar.
Bloemen zonder kleur, maar toch opvallend
Weegbree bloeit met kleine bloemen op een aar aan de top van een lange steel. De bloemetjes bloeien van beneden naar boven. Eerst zijn de vrouwelijke delen van de bloemetjes rijp en steken als een soort steeltje uit de bloem. Daarna worden de meeldraden rijp. Dat zijn de mannelijke delen. Ze zitten als een ring rond de aar en lijken vanaf een afstandje net een witte band om de aar. Het is een vrolijk gezicht; het zijn net kleine vlindertjes die rond de aar zweven in een kringdans. De plant is dan plotseling heel opvallend. De meeldraden bevatten stuifmeel, dat door de wind naar andere weegbree bloemen wordt gebracht.
Zaden gaan weer op reis
Na de bloei maken de planten zaden. Ze rijpen aan de stengel. Als ze rijp zijn laten ze los en vallen op de grond. Ze worden door dieren of door schoenen meegenomen naar een andere plek. Hier kan een zaadje weer uitgroeien tot een nieuwe weegbreeplant.