De voeten van vogels zijn aangepast aan waar ze voor gebruikt worden. Een voet met drie tenen naar voren en één teen naar achteren werkt prima om stevig op een tak te zitten. Voeten met twee tenen naar voren en twee naar achteren hebben misschien nog wel meer houvast. Papegaaien gebruiken dit soort voeten om eten, zoals noten, vast te pakken. Ook kunnen ze er goed mee klimmen.
Bruine muisvogels hangen soms aan takken om bij de lekkerste besjes te kunnen. Dit lukt ze dankzij hun tenen die allemaal naar voren wijzen. Wanneer de muisvogels bovenop een tak zitten, buigen ze één van hun tenen naar achteren. Zo blijven ze ook stevig zitten óp een tak.