Sinds 11.000 jaar geleden leven we in een warmere periode: het Holoceen. De ijskappen zijn gekrompen ten opzichte van de koude periode daarvoor, maar niet verdwenen. Een warmere periode heet interglaciaal, een koude heet glaciaal. In totaal zijn er al wel honderd glacialen en interglacialen geweest tijdens de Kwartaire ijstijd. Aan de randen van de ijskappen bevinden zich gletsjers. Er zijn in het Nederlandse landschap sporen te zien van gletsjers. Denk aan stuwwallen en grote zwerfstenen door gletsjers hierheen geduwd. Ze laten zien dat de gletsjers tot in Nederland reikten tijdens sommige glacialen. Het woord ijstijd wordt vaak gebruikt in plaats van glaciaal. Hierdoor ontstaat verwarring!
Wat is een ijstijd?
Geologen, wetenschappers die de aarde en haar geschiedenis bestuderen, spreken van een ijstijd wanneer de polen bedekt zijn met ijskappen. Dat is nu ook het geval. Hele delen van Groenland en Antarctica zijn bedekt met metersdik landijs. De ijstijd waarin we nu zitten begon 2,6 miljoen jaar geleden en wordt door geologen ook wel de Pleistocene of de Kwartaire ijstijd genoemd. Sinds het begin van deze periode ligt er voortdurend ijs op de polen. Dat was wel anders in bijvoorbeeld de tijd dat de dinosauriërs leefden. Toen waren er geen ijskappen en was het klimaat veel warmer dan nu, een broeikaswereld.
De ijstijd van mammoeten en nijlpaarden
Vóór het interglaciaal waarin we nu leven zat een glaciaal. Van 116.000 tot 11.000 jaar geleden was het bitter koud. Het klimaat was gunstig voor het ontstaan van een mammoetsteppe. Hier leefden mammoeten, wolharige neushoorns en grottenleeuwen op uitgestrekte en vruchtbare grasvlakten. Dit is het beeld dat bij de meeste mensen opkomt bij het woord ijstijd. We vinden de fossiele botten van deze dieren terug in de bodem van de Noordzee, die in deze tijd droog lag door de lage zeespiegel. Van 128.000 tot 116.000 jaar geleden was er een interglaciaal. Er leefden hier toen nijlpaarden en bosolifanten in warm gematigde bossen.
Wanneer wordt het weer koud?
In het Kwartair wisselen glacialen en interglacialen zich met een vaste regelmaat af. Hoe komt dat? De Servische wiskundige Milancovic ontdekte dat het klimaat veranderde volgens een regelmatig patroon. Dit patroon hangt af van de stand van de aardas en de baan van de aarde om de zon, Volgens zijn berekeningen moeten we over 50.000 jaar weer in een glaciaal terecht komen. Goed nieuws voor de ijsberen, die het moeilijk hebben met de smeltende ijskappen. Of zou het broeikaseffect, verergerd door onze uitlaatgassen, roet in het eten gooien?