De kiwi uit Nieuw-Zeeland legt in verhouding het grootste ei. Het ei is bijna net zo groot als het lichaam van de kiwi zelf. Na het leggen duurt het zo’n 70 dagen voordat het ei is uitgebroed. De kleine kiwi zorgt daarna voor zichzelf en is daarmee een nestvlieder. De investering bij kiwi’s zit daarom in het ei; door een groot ei te maken ontwikkelt het jong zich ver door in het ei. Hierdoor besteden kiwi’s, na het uitkomen van het ei, geen tijd aan het voeren van het jong.
Veel of weinig eieren
Hoeveel eieren een vogel legt, hangt vaak samen met de moeite die een vogel stopt in het maken en uitbroeden van eieren, hoeveel eieren er onder een vogel passen en in het aantal te voeden jongen. Oftewel; hoeveel ze ‘investeren’ in hun eieren. Sommige vogels stoppen veel tijd en energie in de eieren zelf. Andere vogels doen meer moeite als de eieren uitgekomen zijn. Diersoorten investeren niet alleen in hun nakomelingen, maar ook bij andere onderdelen van voortplanting, zoals bij de verleiding.
Hongerige jongen
Er zijn veel vogels die investeren in het zorgen voor hun jongen. Zo ook koolmezen. Koolmezen leggen gemiddeld 8 tot 10 eieren per keer. Ze bouwen hun nesten op plekken waar eieren en jongen beschermd zijn tegen slecht weer en roofdieren. Koolmezen zijn nestblijvers: na het uitkomen blijven de jongen voor ongeveer een maand in het nest en zijn ze afhankelijk van hun ouders. Beide ouders voeden en beschermen de jongen.
Kleuren en patronen van vogeleieren
Niet alle vogeleieren zijn wit, eieren komen in verschillende kleuren voor. Sommige hebben ook prachtige patronen. Merels leggen bijvoorbeeld blauw-groene eieren met bruine spikkels en kippen leggen vaak witte of beige eieren zonder patroon.
Schutkleuren
Waarom zijn er verschillen in kleur of patroon? Soms werkt de kleur van het vogelei als schutkleur. Als een ei dezelfde kleur of hetzelfde patroon heeft als het nest waarin het zich bevindt zal het niet opvallen voor roofdieren. De eieren van een kokmeeuw zijn bijvoorbeeld lichtbruin en hebben bruine spikkels. Deze eieren liggen in een lichtbruin nest. Hierdoor zien roofdieren de eieren niet liggen. De kleur of het patroon van een vogelei zorgt zo voor een betere overlevingskans van de jongen.
Felle kleuren
Er zijn ook eieren die juist wel opvallen in een nest, zoals witte of blauwe eieren. Eieren van de kerkuil zijn bijvoorbeeld wit. Dit is handig omdat kerkuilen nachtdieren zijn. Omdat de eieren wit zijn herkent de kerkuil ‘s nachts haar eieren beter. Verschillende vogelsoorten, zoals de spreeuw of de ekster, leggen blauwe eieren. Blauwe eieren absorberen minder warmte dan bruine eieren. Hiermee zorgt de blauwe kleur ervoor dat eieren niet oververhit raken. Dat is nog eens goed gebruik maken van kleuren!