Planten die alles dat ze nodig hebben afpakken van andere planten hebben geen groene bladeren. Waarom zou je ook bladeren hebben als je suikers steelt? Bladerloze parasieten zijn vaak lastig te vinden en te herkennen. In de Amazone kun je bomen tegenkomen die onder de kleine, gele bolletjes zitten. Deze bolletjes lijken op het eerste gezicht misschien een soort paddenstoelen, maar dat zijn het niet. Het zijn de bloemen van een parasitaire plant. Deze plant leeft het grootste deel van het jaar binnenin de boom. Daar leeft de parasiet van water en voedingsstoffen die het van de boom afpakt. Aan de buitenkant is de parasiet één keer per jaar te zien, wanneer de gele bloemen door de boomschors heen tevoorschijn komen.
Wat heeft een plant nodig?
Planten hebben zonlicht, water, mineralen en frisse lucht (met koolstofdioxide) nodig. Groene planten maken zelf suikers met hun bladgroenkorrels. Ze gebruiken de suikers om te overleven en te groeien. Met hun wortels zuigen planten water uit de bodem. In dit water zitten ook mineralen, belangrijke voedingsstoffen. Zonder suikers, water en mineralen kan geen enkele plant leven. Maar niet alle planten zijn even eerlijk. Terwijl sommige planten hard ploeteren voor de kost, zijn er ook planten die plunderend door het leven gaan.
Parasitaire planten
Planten die op of in andere planten leven en water, suikers en mineralen van ze afpakken worden parasieten genoemd. Parasieten hebben altijd een andere plant nodig om van te stelen. Ze kunnen dus niet in hun eentje overleven. Parasitaire planten zorgen voor schade bij de planten waarop of waarin ze leven. De gastplanten houden zelf minder voedingsstoffen over, waardoor ze minder goed groeien. Ook houden de gastplanten minder energie over om zich te verdedigen tegen andere gevaren, zoals schimmels of insecten.
Nederlandse parasiet
Ook in Nederland komen parasiterende planten zonder groene bladeren voor. Bremraap is een goed voorbeeld. Zodra een bremraapzaadje kiemt, gaat het worteltje van de bremraap op zoek naar een wortel van een andere plant. Het worteltje van de bremraap dringt vervolgens de wortel van de andere plant binnen om zo de voedingsstoffen uit die wortel te stelen. De bremraap kan dankzij de gestolen voedingsstoffen uitgroeien tot een ondergrondse knol. Soms is de parasiet te zien: in de bloeiperiode komen er lange stengels vol bloemen uit de knol naar boven.
Zoenen onder een halfparasiet
Naast de hele parasieten zijn er ook halfparasieten. Halfparasieten hebben wel groene bladeren. Ze maken hun eigen suikers. Water en mineralen moeten ze wel stelen van andere planten. Een bekend voorbeeld is de maretak. Sommige mensen hangen deze plant met kerst in huis op. Sta je samen onder de maretak, dan moet je volgens de traditie zoenen. De maretak groeit hoog in bomen, waardoor hij zijn wortels niet in de grond kan steken om water en mineralen op te nemen. Om toch aan al zijn voedingsstoffen te komen steekt de halfparasiet zijn wortels in de boom waarop hij leeft. Zo zuigt hij sappen uit de boom op, als een soort plantaardige vampier. Misschien toch niet zo romantisch, die maretak?