Een vak apart
Het is een unieke tak van sport: determineren. Wanneer experts iets uit de natuur proberen te herkennen en een (bijbehorende) naam geven, noem je dat determineren. Vooral bij de insecten hebben wetenschappers het zwaar: ze zijn zo klein! Entomologen (insecten wetenschappers) hebben er bijna altijd een vergrootglas of zelfs een microscoop voor nodig. Er bestaan veel verschillende soorten insecten, die vaak ook sterk op elkaar lijken. Wetenschappers letten op de vorm en kleuren van pootjes, ogen, haren, vleugels, monddelen, voortpantingsorganen en nog veel meer. Het is een hele klus om erachter te komen welke naam bij welk beestje hoort.
Wie is wie?
De witkonthommels zijn van die insecten die moeilijk uit elkaar te houden zijn. Masterstudent Lucas Alferink probeert het de hommelherkenners makkelijker te maken: hij zoekt naar betrouwbare en zichtbare verschillen om deze hommels uit elkaar te houden. Om het nog moeilijker te maken: de witkonthommels zien er in Europa anders uit. Bijvoorbeeld in Engeland, daar heeft een van de vier witkonthommels geen witte kont, maar een oranje! Daarom besloot Lucas om alleen naar de witkonthommels in Nederland te kijken, dat is al lastig genoeg!
Snorretje
De vier hommels waar het om gaat zijn de wilgenhommel, de aardhommel, de veldhommel en de grote veldhommel. Ze zijn alle vier zwart met geel gekleurd, hebben een harig lichaam en een wit kontje. Lucas zoekt naar zichtbare kenmerken die we mogelijk over het hoofd hebben gezien om de witkontjes te onderscheiden. Met het DNA van de hommels of de geurtjes van de mannetjes, kun je er wel achter komen wie wie is, maar dat is moeilijk en kost veel tijd. Vandaar dat Lucas zoekt naar kenmerken waarbij je het verschil gelijk ziet. Lucas kijkt bijvoorbeeld naar de haren om de hommels uit elkaar te houden. Het mannetje van de grote veldhommel heeft mogelijk iets wat de andere hommels niet hebben: een geel snorretje.
Een harige bedoening
Mogelijk zijn er naast het snorretje nog meer zichtbare kenmerken. Lucas onderzoekt welke kenmerken bruikbaar zijn om de Nederlandse witkonten uit elkaar te houden. Is de wilgenhommel misschien aan een S-vorm van zwarte haren in de gele kraag te herkennen? Of de grote veldhommel aan zijn lange kraag, die groter is dan de kragen van de andere hommels? Herken je de hommels aan hun haren in hun gezicht? De veldhommel en de grote veldhommel hebben namelijk gele haren, terwijl de wilgenhommel en de aardhommel zwarte haren in het gezicht hebben. Waar de veldhommel gele haren over zijn hele gezicht heeft, heeft de grote veldhommel dus alleen een snorretje. Nu nog controleren of deze kenmerken bij alle witkonthommels in Nederland kloppen.
Van de natuur naar de collectie
Daarvoor ging Lucas de natuur in. Op negen plekken in Nederland verzamelde hij meer dan twintig hommels, dus wel meer dan 180 hommels in totaal! Met loepjes, pincetten en microscopen test hij nu de kenmerken. Als hij een duidelijk beeld heeft om de witkont hommels uit elkaar te houden, dan gaat hij terug naar de collectie van Naturalis. Lucas is namelijk benieuwd of hij met zijn nieuwe soortenherkenning foutjes vindt in de collectie. Misschien liggen er nu hommels met een verkeerde naam! Die foutjes moeten er natuurlijk snel uit en het onderzoek van Lucas voorkomt misschien ook wel fouten in de toekomst.