De holle botten van vogels zitten vol dwarsbalkjes. Mensenbotten zijn helemaal gevuld met been en beenmerg.
De uitademing van een Abelisaurus en een eend. De lucht gaat eerst naar de achterste luchtzak en dan via de long en voorste luchtzak weer naar buiten.
Bij vogels stroomt de ingeademde lucht eerst naar de achterste luchtzakken. Die luchtzakken pompen de lucht door de longen, naar de voorste luchtzakken, waarna de lucht weer wordt uitgeademd.